A  |  B  |  C  |  D  |  E  |  F  |  G  |  H  |  I  |  J  |  K  |  M  |  N  |  O  |  P  |  Q  |  R  |  S  |  T  |  U  |  V  |  W  |  X  |  Y  |  Z

valkuilen | variabelen | vector | veelhoeken | veelterm | veelvlak  | veelvoud | venndiagram | verbanden | verband herkennen | verbindingstabel | verdelen | verdere verloop | verdubbelingstijd | verdwijnpunt | vereenvoudigen | vergelijken met formules | vergelijken met grafieken | vergelijken met tabellen | vergelijking | vergelijking oplossen | vergelijkingen | vergroten | vergroten en oppervlakte | vergroting | vergrotingsfactor | verhouding | verhoudingstabel | verklaren | verkleinen | verloop van een grafiek | vermenigvuldigen | vermenigvuldigen van pos. en neg. getallen | vermenigvuldigingstabel | vermenigvuldigpunt | vermenigvuldigingsteken | verschil | verschilformule | verschilgrafiek | verschiltabel | verticaal | verticaal verschuiven van een grafiek | verticale as | verticale lijn | verzamelingen | vierhoek | vierkant | vierkante (centi)meter | vierkantsvergelijking | viervlak | vijfhoek | vlak | vlakke figuren | vlakvulling | vlieger | volgorde van berekenen | volle hoek | volledige inductie | volume | vooraanzicht | voorrangsregels | voorspellen | vouwlijnen | vuistregel

Valkuilen

Gecamoufleerde kuil om dieren in te vangen

In de wiskunde is een valkuil een onopvallende (gecamoufleerde) hindernis wat menigeen tot fouten kan verleiden.
Veel leerlingen make
n hier vaak vergelijkbare denk- of leesfouten

 

Variabelen

In de wiskunde een aanduiding voor een willekeurig element van een verzameling;
d.w.z. de waarde/betekenis kan variëren (=veranderen).

Een variabele wordt meestal voorgesteld door één, maar soms door meerdere letters uit het alfabet; ook letters uit andere alfabetten worden gebruikt

 

Vector

Een gericht lijnstuk; een grootheid die zowel richting als lengte heeft

Het beginpunt ervan wordt ook wel het aangrijpingspunt (vooral in natuurkundige contexten) van de vector genoemd.  Vectoren met gelijke grootte en richting zijn gelijk.

 

Veelhoeken

Een vlakke, rechtlijnige figuur met meer dan 3 hoeken, enkel begrensd door lijnstukken

Meer ...

Veelvlak

Een veelvlak (ook wel polyeder of polyhedron) is een ruimtefiguur met alleen platte zijvlakken (bijv. kubussen, balken, piramides).  Cilinders, kegels en bollen zijn dus geen veelvlakken.

Polyhedron is de wetenschappelijke naam voor een veelvlak. Het woord is een samenstelling van de Griekse uitdrukkingen poly (= veel), en hedron (= vlak).

Bij ruimtelijke convexe figuren is er een verband tussen h = het aantal hoekpunten, r = het aantal ribben en z = het aantal zijvlakken. Dat is de formule van Euler: h+ z = r + 2

Kubus en driehoekige piramide zijn regelmatige veelvlakken, prisma en vierkante piramide zijn voorbeelden van onregelmatige veelvlakken

 

Veelvoud

Een veelvoud van een getal is het produkt van het getal met een geheel getal

De veelvouden van 4 zijn 0, 4, 8, 12, 16, 20, ... 

Vaak worden alleen de positieve getallen bedoeld

 

Venndiagram

Ovaal gevormd diagram om grafische voorstelling van verzamelingen te verduidelijken

 

Verbanden

  In de wiskunde spreken we ook wel van relaties, verhoudingen of betrekkingen.

Liefdesrelaties tussen mensen worden hier niet behandeld (jammer hè !?).

Verschillende wetenschappen proberen de relatie tussen waargenomen verschijnselen te verklaren en 'oorzaak - gevolg' vast te leggen in een formule.

In de wiskunde wordt gesproken van een relatie als een verband tussen twee grootheden (bijv.: tijd - afstand, leeftijd - inkomen, tijd - temperatuur,
aantal - kosten, snelheid - remweg, aantal - kosten).

Wiskundige verbanden kun je duidelijk maken met een:

pijlenketting, een formule, een tabel of met een grafiek

Een tabel is handig, als de precieze getallen worden Vergeleken.  Een grafiek is erg overzichtelijk omdat dan het stijgen en dalen goed zichtbaar wordt

De waarden van beide assen (of de IN en UIT van een rekenpijl of pijlenketting) hebben met elkaar te maken; ze zijn van elkaar afhankelijk; zijn met elkaar verbonden

Bijv.: de lengte van een brandende kaars is afhankelijk van de tijd(sduur); deze verhouding tussen tijd en lengte noemen we een verband

Meer ...

Verband herkennen

WELKOM 

Een ezelsbruggetje om te onthouden welke verbanden er zijn:
W
= wortelverbanden
= exponentiële verbanden
= lineaire verbanden
K = kwadratische verbanden
O = omgekeerd evenredige verbanden
M = machtsverbanden

Meer ...

Verbindingstabel

Een schema waarin je kunt aflezen of twee knooppunten met elkaar verbonden zijn
Een '1' betekent 'Ja, er is een verbinding';
een '0' betekent dat er geen verbi
nding is

 

Verdelen

In stukken delen

Eerlijk delen is in gelijke / even grote stukken verdelen

 

Verdere verloop

 

Verdubbelingstijd

De tijd die nodig is om een hoeveelheid te verdubbelen

Verdwijnpunt

Een punt op de horizon waar alle evenwijdige lijnen bij elkaar komen

 

Vereenvoudigen

Zo eenvoudig mogelijk schrijven

Teller en noemer door hetzelfde getal delen

 

Vergelijken

Zie vergelijking

 

Vergelijken met formules

In klas 1 leer je formules te vergelijken met een dubbele tabel
om daarna beide grafieken in hetzelfde assenstelsel  te tekenen

Vanaf klas 2 leer je daarvoor met algebraïsche manieren, de bordjesmanier en de balansmanier

zie vergelijking

 

Vergelijken met grafieken

Om twee grafieken goed met elkaar te kunnen vergelijken, is het handig deze in hetzelfde assenstelsel te tekenen.  De overeenkomsten (snijpunten) en verschillen (waar de ene grafiek boven de andere grafiek loopt) zijn dan goed te zien

 

Vergelijken met tabellen

Om tweetabellen goed met elkaar te kunnen vergelijken, is het handig deze in dezelfde dubbele tabel te maken.  Het omslagpunt / de snijpunten zijn dan goed aan te geven met een ovaal of een kruis

 

Vergelijking

Uitdrukking met een =-teken, waarin een onbekende voorkomt, bijv. 4x + 7 = 19

Een formule wordt vergeleken met een bepaalde waarde of een andere formule; ze worden aan elkaar gelijk gesteld; er komt een =-teken tussen beide te staan

Als je bij de formule a x 25 + 15 = b  voor b = 135 invult, dan krijg je de vergelijking a x 25 + 15 = 135

Het gedeelte links van het =-teken wordt dan vergeleken met het rechtergedeelte

Bij een vergelijking worden twee verschillende grafieken met elkaar vergeleken.  Het punt waar ze aan elkaar gelijk zijn is het snijpunt (=omslagpunt)

Door 'terugrekenen' met rekenpijlen, of met behulp van de bordjesmanier- of de balansmethode kun je uitrekenen dat in dit voorbeeld a = 5

Twee uitdrukkingen gescheiden door een gelijkheidsteken bijv : 6x + 3 = 12

Meer ...

Vergelijking oplossen

Als je het snijpunt van de grafieken b = a x 25 + 15 en b = 10 x a - 30 gaat berekenen, ga je eigenlijk beide grafieken met elkaar vergelijken om te zien waar ze 'aan elkaar gelijk zijn'.  Wiskundig gezegd: je gaat 'een vergelijking oplossen'

De uitkomst is dan de oplossing.  Van de vergelijking a x 25 + 15 = 10 x a - 30 is de oplossing: a = -3

Bij het oplossen van een vergelijking ga je bepalen voor welke waarde beide vergelijkingen dezelfde uitkomst hebben.  Belangrijk tijdens het oplossen is, dat wat je links en rechts van het =-teken steeds hetzelfde doet.  Tel je rechts er drie bij op dan moet je dat links óók doen. Als je links deelt door 2, moet je rechts hetzelfde doen

Meer ...

Vergelijkingen

 

Vergroten 

Als je een figuur vergroot dan moeten alle lengten (in alle richtingen) met hetzelfde getal vermenigvuldigd worden

Bij vergroten blijft de vorm hetzelfde; er is géén sprake van een 'lachspiegeleffect'

Meer ...

Vergroten en oppervlakte

Als je een figuur vergroot dan moeten alle lengten (in alle richtingen) met hetzelfde getal vermenigvuldigd worden

De oppervlakte wordt dan in het kwadraat (getal x getal) keer zo groot
voorbeeld:  vergrotingsfactor lengte
is 3; vergrotingsfactor oppervlakte is dan 32 = 9

 

Vergroting

Zie Vergroten

Meer ...

Vergrotingsfactor

Bij schaalberekeningen kan je ook rekenen met een vergrotingsfactor.  De factor is het getal waarmee alle lengten van een voorwerp worden vermenigvuldigd om deze groter (of kleiner) te maken.

Als de factor (altijd een vermenigvuldiging) een getal groter dan 1 is, dan wordt de figuur groter.
Is de factor een getal tussen 0 en 1, dan wordt de figuur kleiner. Ook
dit noem je vergroten, ook al wordt de figuur kleiner.  Een vergrotingsfactor van 10 betekent dat iets tien keer zo groot wordt.

Tip:  Bij schaalberekeningen kun je een rekenpijl of een verhoudingstabel gebruiken
Let op: bij het rekenen met vergrotingsfactoren mag je nooit tussentijds afronden; alleen het eindantwoord mag worden afgerond!

Rekenvoorbeeld factor: Een foto met een lengte van 10 cm en een hoogte van 15 cm wordt uitvergroot tot poster. De lengte van de poster is 45 cm geworden.
opdracht:  Bereken de hoogte van de poster.
antwoord:  De vergrotingfactor van foto naar poster is 45 ÷ 10 = 4,5.
                    De hoogte wordt dan 15 × 4,5 = 67,5 cm

 

Verhouding

Getallen die onderling een vaste verhouding hebben

Probeer een verhouding in zo klein mogelijke getallen te schrijven (vereenvoudigen)

Meng bijvoorbeeld 2 glazen siroop en 8 glazen water.  De verhouding is dan 2 staat tot 8

Na vereenvoudiging is deze verhouding 1 staat tot 4 (verhouding 1 op 4 of verhouding 1 : 4)

Meer ...

Verhoudingstabel

Een tabel waarin het verband tussen 2 getallenreeksen wordt weergeven

In een verhoudingstabel kun je 'van links naar rechts' maar ook 'van boven naar beneden' met HETZELFDE getal vermenigvuldigen of delen
Vaak is het handig om
Via de 1 te rekenen

Meer ...

Verklaren

Uitleggen waarom het antwoord juist of fout is, of hoe je aan een antwoord bent gekomen
('Verklaar je nader")

 

Verkleinen

 

Verloop van een grafiek

Een grafiek kan stijgend, constant of dalend zijn

 

Vermenigvuldigen

Meer ...

Vermenigvuldigen van pos. en neg. getallen

 

Vermenigvuldigingstabel

 

Vermenigvuldigpunt

Bij de formule h = 3 x 52, mag je het vermenigvuldigteken niet zomaar weglaten;
dan zou de heel andere formule h = 352 ontstaan.

Vaak wordt het vermenigvuldigteken ( x ) vervangen door een vermenigvuldigpunt ( ) of een -sterretje ( * )

 

Vermenigvuldigteken

In formules waar woorden vervangen zijn door letters, kun je het Vermenigvuldigteken ( x of  * ) weglaten
In plaats van
4 x a = b
schrijf je dan 4a = b

 

Verschil

De uitkomst van een aftreksom

 

Verschilformule

 

Verschilgrafiek

Een grafiek die het verschil tussen twee andere grafieken weergeeft

 

Verschiltabel

Bij twee formules kun je ook een verschilformule maken.  Je trekt dan de uitkomsten van de twee formules af
Hiervoor kun je een verschiltabel gebruiken

 

Verticaal

 

Vertikaal verschuiven van een grafiek

 

Verticale as

De verticale as Van een assenstelsel loopt van beneden naar boven.

De verticale as staat loodrecht op de horizontale as

Meer ...

Verticale lijn

Een Verticale lijn loopt van beneden naar boven (of omgekeerd)

Met een waterpas kan men nagaan of iets horizontaal is.  Met een schietlood kan men nagaan of iets verticaal is.  Een verticale lijn staat haaks (loodrecht) op een horizontale lijn

Wanneer iets niet zuiver verticaal staat, zegt men dat het uit het lood staat

Met Verticaal (Latijn: Vertex, draaipunt, hoogste punt) wordt een richting bedoeld volgens de loodlijn ter plaatse, dus in de richting van de zwaartekracht en daarmee loodrecht (haaks) op de horizon

Een verticale lijn heeft geen hellingsgetal en geen startgetal

 

Verzamelingen

 

Vierhoek

Meetkundig figuur met vier hoeken en vier zijden.

Een willekeurige vierhoek heeft geen gelijke zijden  en geen gelijke hoeken.

Een lijn die twee hoekpunten verbindt, maar geen zijde is, heet een diagonaal.
Een vierhoek heeft altijd 2 diagonalen.

Bijzondere vormen van de vierhoek zijn: parallellogram, rechthoek, ruit, vierkant, vlieger, trapezium

Eigenschap:  de vier hoeken in elke vierhoek zijn samen 360 graden (hoekensom vierhoek = 360°)

Meer ...

Vierkant

Een vlak figuur (regelmatige vierhoek) met de volgende kenmerken:
-vier rechte hoeken (90°)  én vier even lange (gelijke) zijden
-de diagonalen zijn even lang, snijden elkaar loodrecht middendoor en delen de hoeken van de vierkant middendoor
- vier symmetrieassen en is
puntsymmetrisch t.o.v. het snijpunt der diagonalen
-draaisymmetrisch over 90 º

Formules:

Als de lengte van een zijde z is, dan is:

omtrek vierkant = zijde + zijde + zijde + zijde (de som van alle zijden) = 4*z

oppervlakte vierkant = zijde keer zijde ( z x z = z² )

Meer ...

Vierkante (centi)meter

De lengte Van een hokje van je roosterpapier is 1 cm.  De oppervlakte van het vierkant is dan 1 cm2

Je zegt: vierkante centimeter

Een andere veel gebruikte oppervlaktemaat is de vierkante meter (m2)

Meer ...

Vijfhoek

 

Vlak

Een vlak is de oppervlakte van een bijv. tafelblad: plat/glad (zonder oneffenheid) en dan in alle richtingen oneindig groot (onbegrensd)

 

Vlakke figuren

Een vlak figuur is een deel van een (plat)vlak begrensd door een gesloten lijn

Tweedimensionale figuren die plat zijn; ze hebben een lengte en een breedte maar géén hoogte;
dus geen volume (geen inhoud of ruimte).
voorbeelden: vierkant, rechtho
ek, parallellogram, driehoek, vierhoek, veelhoek, cirkel, ovaal

Meer ...

Vlakvulling

 

Vlieger

Een vlieger is een vierhoek met de volgende kenmerken:
-beide diagonalen staan loodrecht op elkaar
(orthodiagonaal)
-de langste diagonaal is tevens symmetrielijn; deze diagonaal deelt de andere diagonaal middendoor
-twee gelijke hoeken; beide tegenover elkaar liggende hoeken zijn even groot
-heeft twee paar gelijke zijden ( twee paar aanliggende even lange zijden)

Formule oppervlakte Vlieger = (diagonaal * diagonaa) / 2       (verkort:  opp. vlieg. = d * d / 2)

 Meer ... , Meer...

Volgorde van berekenen

Vermenigvuldigen en delen gaan voor aftrekken en optellen

Als optellen en aftrekken toch voor moeten gaan, moet je haakjes gebruiken

Meer ..., Meer ...

Volle hoek

Volle(dige) hoek; de hoek is helemaal rond / volledig / 360°

Meer ...

Volledige inductie

 

Volume

Inhoud van een ruimtelijk (3-dimensionaal) figuur, uitgedrukt in bijv. liters ( kl - hl - dal - ltr - dl - cl - ml ) of m³

Meer ...

Vooraanzicht

De Voorkant van een ruimtefiguur

Als je niet rechtstreeks tegen de voorkant aankijkt,
wordt het vooraanzicht (VA) doorgaans aangegeven met een pijl

 

Voorrangsregels

Let bij de berekeningen op de juiste volgorde Van de berekeningen.
De voorste bewerking hoeft
niet persé als eerste uitgevoerd te worden

Haakjes - Machtverheffen/Worteltrekken - Vermenigvuldigen/Delen - Optellen/Aftrekken
(de / betekent dat de operators in gelijke rang zijn,
ze worden in dat geval dan in volgorde van links naar rechts uitgevoerd)

 

Kies één van de volgende ezelsbruggetjes om de juiste volgorde makkelijk te onthouden.

De eerste letters geven aan in welke volgorde rekenkundige bewerkingen uitgevoerd worden.

Hoe Moeten Wij Van Die Onvoldoenden Afkomen?

Help Mij Van De Wiskundige Opdrachten Af!

Hare Majesteit Wacht Vele Dagen Op Antwoord

Hoe Makkelijk Was De Volgorde Ook Alweer

Het Mannetje Won Van De Oude Aap

Hallo, Mieke Vaart Dikwijls Op en Af

Ha! Meer Vrije Dagen! Waar? Op Ameland

Het Mooie Veulentje Draaft Op en Af

De regel:  'Meneer Van Dalen Wacht Op Antwoord'   is verouderd en dient niet meer gebruikt te worden!!!!

Meer ... Meer ...

Voorspellen

 

Vouwlijnen

De vouwlijnen van een bouwplaat  worden  met een scherp voorwerp 'geritst', om ze scherper te kunnen vouwen

De vouwlijnen van een in elkaar gevouwen figuur vormen de ribben van het ruimtelijk figuur

Meer ...

Vuistregel

Een vuistregel is een handige geheugensteuntje om een rekenregel te gebruiken
De antwoorden van een vuistregel zijn niet nauwkeurig, maar geven ongeveer aan hoeveel iets is

Een vuistregel helpt bij het maken van een schatting; je kunt uitleggen hoe je aan het antwoord bent gekomen.
Als jij je antwoord niet kunt verklaren heb je gegokt (zomaar iets gezegd of gedaan, "een slag in de lucht").
Van gokken ben
ík niet gelukkiger geworden!

Meer ...